De etappe telde 4100 hoogtemeters en vijf beklimmingen. De eerste klim was van derde categorie op de Col de Saxel, de volgende twee bergen waren van de eerste categorie te weten de Col de Cou en de Col du Feu. Na de tussensprint op de niet-gecategorieseerde Col de Jambaz volgde de klim van eerste categorie op de Col de la Ramaz. De afsluitende klim vond plaats op de Col de Joux Plane, een berg van de buitencategorie met een 11,6 kilometer lange klim. Na de top volgde de 12 kilometer lange afdaling richting de finish in Morzine.
Minder dan een kwartier na de start was er een massale valpartij in een flauwe bocht, tientallen renners vielen en de wedstrijd werd geneutraliseerd. De Spanjaard Antonio Pedrero en de Zuid-Afrikaan Louis Meintjes moesten opgeven. Vijfentwintig minuten later werd een nieuwe start gegeven door koersdirecteur Christian Prudhomme. Na verschillende aanvallen slaagde geen enkele renner erin om een voorsprong te nemen. Achterin het peloton kwamen weer verschillende renners ten val, waaronder de Colombiaan Esteban Chaves die de strijd moest staken. Met minder dan 135 kilometer te gaan viel de Fransman Julian Alaphilippe aan, vergezeld door de Let Krists Neilands en de Nederlander Lars van den Berg. Het trio kreeg daarna gezelschap van de Kazach Aleksej Loetsenko en de Colombiaan Daniel Martínez. Op de top van de Saxel kwam Martínez als eerste boven voor Alaphilippe. In de afdaling van de Saxel kwam de Fransman Romain Bardet ten val en moest geblesseerd opgeven.
Aan de voet van de Col de Cou waren twintig renners naar voren geschoven en hadden een voorsprong van ongeveer dertig seconden op het peloton. Het was de Italiaan Giulio Ciccone die als eerste de top rondde, voor de Amerikaan Neilson Powless in de bolletjestrui en Julian Alaphilippe. Aan het begin van de beklimming van de Col du Feu namen drie mannen de leiding: de twee Spanjaarden Alex Aranburu en Gorka Izagirre en de Noor Tobias Halland Johannessen. Even verderop werden ze vervangen door een nieuw trio bestaande uit Thibaut Pinot, Ciccone en de Canadees Michael Woods. Op de top kwam Ciccone voor Woods als eerste door. Onder aanvoering van de Jumbo-Visma-ploeg sloot naderde de groep gele trui groep de kopgroep tot op twintig seconden. Toen de tussensprint op de top van de Col de Jambaz naderde, reden tien renners voorop en Ciccone kwam als eerste over de streep.
Aan het begin van de beklimming van de Col de la Ramaz versnelden Ciccone en Woods. Met nog 57 kilometer te gaan waren er geen ontsnappingen meer vanuit het en Jumbo-Visma, dat in een constant tempo reed, haalde alle renners in. Verschillende renners, waaronder de Colombiaan Egan Bernal en de Australiër Jack Haig, werden gelost door het peloton, dat nu uit eenentwintig renners bestond. Na de top van de Col de la Ramaz, waar de Belg Wout van Aert als eerste boven kwam, ging de groep gele trui bergaf, aangevoerd door Jumbo-Visma en UAE Team Emirates, met het vizier gericht op de Col de Joux Plane en de bonificatieseconden op de top.
Aan het begin van de klim naar de Col de Joux Plane bestond de groep gele trui uit ongeveer vijftien renners, waaronder vier renners van Jumbo-Visma en vier renners van UAE Emirates. Met nog 9 kilometer te gaan zijn er nog maar zeven renners vooraan over: de Australiër Jai Hindley, de Amerikaan Sepp Kuss, de Deen Jonas Vingegaard, de Sloveen Tadej Pogačar, de Spanjaarden Carlos Rodríguez en Pello Bilbao en de Brit Adam Yates. Rafał Majka die eerder ontsnapt was werd ingehaald en moest al snel lossen. Op 4,7 kilometer van de top versnelde Adam Yates, alleen zijn kopman Pogačar en Vingegaard konden volgen. Een kilometer later viel Pogačar aan en nam een paar seconden voorsprong op Vingegaard, maar de Deense gele trui-drager haalde de Sloveen in met nog 1,6 kilometer te gaan tot de top. Op 500 meter van de top probeerde Pogačar nog eens aan te vallen, maar hij werd gehinderd door motoren en een grote menigte toeschouwers langs de weg.
Vingegaard kwam als eerste boven op de top van de Col de Joux Plane voor Pogačar, maar het duo viel stil in de afdaling, waardoor Carlos Rodríguez terug kon komen. Hij kon profiteren van de rivaliteit tussen de gele en witte trui om met een paar seconden voorsprong naar de overwinning in Morzine te fietsen voor Pogačar en Vingegaard.